1.1.1-6 Ouderlijk gezag in onderwijsaangelegenheden

De directeurs moeten de wetgeving inzake ouderlijk gezag bij alle beslissingen in verband met de opvoeding van de kinderen naleven, onder meer:

  • bij de inschrijving van de leerlingen;
  • bij de keuze van studierichting;
  • bij de KEUZE VAN LEVENSBESCHOUWELIJK VAK of vrijstelling ervan; 
  • bij tucht- en ordemaatregelen;
  • bij de schoolverrichtingen in het algemeen.

Samenlevende ouders 

Samenlevende ouders oefenen gezamenlijk het gezag over het kind uit. Elke ouder die alleen een handeling stelt, wordt geacht te handelen met instemming van de andere ouder. Dat geldt zowel voor gehuwde als voor ongehuwde samenlevende ouders.

Niet-samenlevende ouders

  • CO-OUDERSCHAPSREGELING: wanneer de ouders niet samenleven, blijven zij het ouderlijk gezag gezamenlijk uitoefenen. Ook hier geldt het vermoeden van instemming van de afwezige ouder.
  • EXCLUSIEF OUDERLIJK GEZAG: in afwijking van de co-ouderschapsregeling kan de bevoegde rechter het ouderlijk gezag uitsluitend opdragen aan één van beide ouders. Hij kan echter ook een tussenoplossing uitwerken waarbij voor bepaalde beslissingen met betrekking tot de opvoeding van de kinderen, de instemming van beide ouders vereist is. Binnen een exclusief ouderlijk gezag behoudt de ouder die niet het ouderlijk gezag uitoefent, het recht om toezicht uit te oefenen op de opvoeding. Dat toezichtsrecht houdt het recht in om op de hoogte te worden gehouden van de schoolresultaten en schoolverrichtingen (maar geen beslissingsrecht).

De regeling voor niet-samenlevende ouders is van toepassing op feitelijk gescheiden echtparen, uit de echt gescheiden ouders, ouders die vroeger (of nooit) samenleefden.

Een kind kan/mag bij co-ouderschap niet in twee verschillende scholen ingeschreven worden. De ouders moeten het onderling eens worden over de school voor hun kind. Lukt het niet, dan zal de rechter een school voor het kind aanduiden.

Ontzetting uit de ouderlijke macht

Door een rechterlijke beslissing kan een ouder ontzet worden uit het ouderlijk gezag. Die ouder heeft geen beslissingsrecht in verband met de opvoeding en evenmin recht op informatie.

Uitgezonderd bij ontzetting uit de ouderlijke macht hebben beide ouders steeds RECHT OP INFORMATIE inzake de opvoeding van hun kind(eren) onder meer wat betreft:

  • het meedelen van schoolresultaten
  • de oudercontacten
  • de CLB-begeleiding (de leerlingbegeleiding)
  • ...

Ouders vinden informatie over ‘Ouderlijk gezag in onderwijsaangelegenheden’ in de brochure ‘Gids voor ouders met kinderen in het basisonderwijs’. Deze brochure is ook beschikbaar in het Standaardarabisch, Engels en Turks.

Leerkrachten vinden hulp in de fiche 13 ‘Echtscheiding/nieuwe gezinnen’ in de reeks ‘De Eerste Lijn’ van Klasse, in de studie ‘Nieuwe gezinsvormen en onderwijsparticipatie in Vlaanderen’ in opdracht van het departement Onderwijs en Vorming.

Bij betwistingen kan de school de ouders verwijzen naar het CLB, dat in het kader van zijn draaischijffunctie, na onderzoek, de ouders kan doorverwijzen.